L’inépuisable (404)
Struikdroogboon bekomen door E. Jacqueau , Grainiers-Zaadhandelaars te Parijs (F)
Vermoedelijk bekwam hij deze variëteit in zijn teelvelden in Baillet bij Monsoult ( Val d’Oise-F), een 50 tal km van Parijs.
Deze merkwaardige boon ontstond in 1889 uit een kruising tussen ‘Flageolet d’Etampes’ x ‘A feuilles d’orties’.
Deze boon was enorm populair want vanaf 1894 wordt hij in talrijke zadencatalogi fel aangeprezen, zowel in Franse als Belgische, Duitse, Hongaarse, Zwitserse catalogi.
“…la production de cosses se prolonge très longtemps, surtout si l’on a soin d’en opérer régulièrement la cueillette.
Ce qui caractérise surtout cette variété, ces ont les longues tiges à fleurs qui dépassent la plante et élevent les cosses bien en dehors du feuillage. Le grain est blanc et d’excellente qualité”
Ref. Rivoire père & fils-Lyon-F-1895-
Cliché Denaiffe & fils
“deze ‘Remontant L’inépuisable’ is ongeveer 30 cm hoog, de bloemstengels ontwikkelen zich 25 cm. boven de bladeren. Deze variëteit bloeit en levert peulen gedurende gans de zomer indien men bijtijds de jonge groene peulen oogst”
Ref.Emiel Stappaerts (1923)